10 - De vier ‘glorieuze’ ontdekkingsreizen van Henry Hudson (ca. 1560-1611)
Als je in Amsterdam het Centraal Station uitkomt zie je aan je linker hand de zogenaamde Schreierstoren (± 1500), het eindpunt van de voormalige stadsmuur. Op deze ‘Tower of tears’ zijn bronzen plaquettes bevestigd door onder meer de Greenwich Village Historical Society of New York City (1927) en Nelson Rockefeller, gouverneur van de staat New York (1959).
Een van de opschriften vermeldt dat van hieruit “Henry Hudson set sail April 4th 1609 AD on the vessel ‘Half Moon’ on that voyage of discovery, destined to bring him to the harbor of New York and the Hudson River”.
Schreierstoren, Amsterdam
Henry Hudson wordt in Amsterdam door de Amerikanen en Nederlanders herdacht, maar hij had de Engelse nationaliteit. Zijn naam doet onmiddellijk denken aan de rivier die naar hem genoemd is, maar zijn reizen hadden meer van doen met Azië dan met de huidige Verenigde Staten.
Aan het einde van de zestiende eeuw was Engeland een opkomende zeemacht die in navolging van de Spanjaarden en Portugezen de rijke Aziatische producten wilde importeren. Om moeilijkheden te voorkomen zochten de Engelsen, evenals de Nederlanders, naar een noordelijke route met de bedoeling om uiteindelijk in China uit te komen. Uit de Nederlandse geschiedenis is de tocht van Willem Barentsz bekend (1596) en zijn overwintering op Nova Zembla.
Tien jaar later, in 1607, werd Henry Hudson door de Engelse ‘Muscovy Company’ er op uit gestuurd om met zijn schip The Hopewell alsnog die noordelijke doorgang te vinden, maar ook hij kwam met lege handen terug. De Engelsen gaven niet op en stuurden hem een jaar later nóg een keer op pad, maar ook nu vergeefs.
Henry Hudson, afgebeeld op plaquette in Amsterdam (1927)
Omdat de Muscovy Company verder geen emplooi meer voor Hudson had, zocht hij kontakt met de VOC. De Oost-Indische Compagnie stelde een schip tot zijn beschikking, de Halve Maen, en zo reisde kapitein Hudson vanaf Tessel met een gemengd Nederlands-Engelse bemanning voor de derde keer naar het noordoosten.
In extreem slecht weer in de omgeving van Nova Zembla kwam de bemanning in opstand tegen wéér zo’n zinloze tocht en daarom besloot Hudson ter plekke om dan maar naar het westen te varen, misschien was dáár wel een mogelijkheid om via een noordelijke route China te bereiken. Tijdens die tocht bereikte hij in september 1609 de plek van de huidige stad New York en, op zoek naar die noordelijke doorvaart, voer hij de ‘Hudson’ rivier op, waarvan hij gedacht moet hebben, dat die hem wel eens die kant op zou kunnen brengen. Maar wederom vergeefs; hij gaf het op waar nu de stad Albany gevestigd is.
Bij terugkeer, in Engeland, werd hij samen met zijn bemanning gearresteerd en zijn schip, de Halve Maen, werd in beslag genomen.
Halve Maen in de Hudson
Henry Hudson blijkt een volhouder geweest te zijn. Toen de Engelse autoriteiten hem lieten weten dat hij alleen nog maar voor dat land op pad mocht gaan, liet hij zich in 1610 inhuren door een nieuwe Engelse maatschappij en ging terug, met het schip The Discovery, op zoek naar een noordwestelijke doorvaart naar Azië, nog wat noordelijker dan de vorige keer.
Tussen Groenland en Labrador voer hij de ‘straat van Hudson’ in en bereikte de ‘baai van Hudson’, in het noorden van Canada. Veertien jaar na de overwintering op Nova Zembla kwam ook Hudson in het ijs vast te zitten en moest in de ‘baai van Hudson’ overwinteren. In juni 1611 was zijn bemanning het definitief beu: ze zette Henry Hudson, zijn zoon en zeven andere mannen zonder voedsel of water in een sloep.
Van hem is sindsdien niets meer vernomen, zodat het jaartal 1611 in zijn biografieën steeds als jaar van overlijden vermeld wordt. De overlevenden werden bij terugkomst in Engeland wegens muiterij gevangen gezet.
Tussen Groenland en Labrador voer hij de ‘straat van Hudson’ in en bereikte de ‘baai van Hudson’, in het noorden van Canada. Veertien jaar na de overwintering op Nova Zembla kwam ook Hudson in het ijs vast te zitten en moest in de ‘baai van Hudson’ overwinteren. In juni 1611 was zijn bemanning het definitief beu: ze zette Henry Hudson, zijn zoon en zeven andere mannen zonder voedsel of water in een sloep.
Van hem is sindsdien niets meer vernomen, zodat het jaartal 1611 in zijn biografieën steeds als jaar van overlijden vermeld wordt. De overlevenden werden bij terugkomst in Engeland wegens muiterij gevangen gezet.
Hudson, oktober 2013 (foto Margaretha Suman)
Op basis van alle mislukte tochten van Henry Hudson legden de Engelsen een claim op het noordoosten van de Amerikaanse kust. Enkele tientallen jaren later, in 1664, werd Nederland gedwongen om zich terug te trekken uit Nieuw Amsterdam. Zowel de regio als de stad werden omgedoopt in New York. De Noord Rivier (North River) kreeg een nieuwe naam: Hudson River.
En Henry Hudson zelf? Toen hij bijna vierhonderd jaar geleden door de bemanning van The Discovery gedumpt werd zal hij er geen vermoeden van gehad hebben dat hij in 1927 en 1959 op de Amsterdamse Schreierstoren glorieus herdacht zou worden door de stad én de staat New York. Hij had wel iets anders aan zijn hoofd.…
Harry Knipschild
Dit artikel werd opgenomen in het blad van de stichting Nederland-Verenigde Staten, maart 2002
3 november 2013
Clip
Reportage over Henry Hudson, met o.a. Jaap Jacobs en Russell Shorto, 2009
- Raadplegingen: 25813