503 - Adamo via het Nederlandse zuiden naar de top
Steenkolenmijnen in de Benelux boden na de Tweede Wereldoorlog werkgelegenheid aan buitenlanders. Dat had later ook gevolgen voor de popmuziek. De drie zusjes van Pussycat, bekend van de internationale hit ‘Mississippi’, waren de stiefdochters van een Poolse mijnwerker die in Zuid-Limburg was neergestreken en er de liefde vond.
De vader van Rocco Granata werkte in de smederij van zijn familie in Calabrië, het zuiden van Italië. Zo kwam je niet veel verder in het leven. Elders in de wereld viel meer geld te verdienen. Je moest dan een tijdje hard ploeteren en vervolgens kwam je met een stapel lires terug in je geboortedorp. Met die gedachte vertrok Salvatore Granata in een goederentrein naar België, werkte er in de mijn en woonde in een houten barak.
Van terugkeren kwam het niet. In februari 1949 stuurde hij treinbiljetten naar Figline Vegliaturo voor de overtocht van zijn gezin. Zo kwam Rocco, zijn zoontje, geboren in 1938, terecht in het Vlaamse Waterschei. Er woonden heel wat landgenoten. Zelfs de pastoor was een Italiaan. Tijdens een talentenjacht van radio Luxemburg werd Rocco Granata ontdekt. In 1959 wist hij met zijn song ‘Marina’ de wereld te veroveren.
Van Sicilië naar Jemappes
Een andere Italiaan, Salvatore Adamo, is op 1 november 1943, 80 jaar geleden, geboren in Comiso op het Italiaanse eiland Sicilië. Zijn familie verhuisde in 1947 naar het Waalse deel van België, waar zijn vader in de mijn ging werken. Salvatore groeide op in Jemappes. In de omgeving van dat stadje behaalden Franse revolutionairen op 6 juni 1792 een belangrijke militaire overwinning op de troepen van een internationaal leger, dat een einde aan de revolutie probeerde te maken.
Jemappes 1792
Salvatore kreeg een francofone opvoeding. In 1959 – Adamo was nog maar twaalf jaar – werd hij ontdekt door de Franse cineast René Clair (1898-1981), kon je anno 1963 in muziekblad Tuney Tunes lezen. “In 1960 won dit jeugdige zangwonder de grote prijs ‘Charles Aznavour’ in Parijs ten overstaan van een jury waarin beroemdheden als Franck Pourcel, Yvette Giraud en Philippe Clay zitting hadden.
Hij trad op in de bekendste établissementen van Parijs, Brussel, Bergen [Mons] en Luik en ondernam in 1961 een toernee met de groep Arc en Ciel waarbij hij optrad naast Charles Aznavour. Er volgde een optreden voor de Vlaamse tv in de rubriek ‘Tienerklanken’ en een interview in de studio in Kortrijk, dat over diverse kanalen onder de aandacht van het Belgische publiek kwam”.
In Doornik (Tournai) studeerde Salvatore public relations. Bovendien schreef hij liedjes. “Ik ging met mijn gitaar naar het bos, om daar rustig op een melodietje of een tekst te kunnen broeden”. Met behulp van een eigen systeem schreef Adamo al zijn melodieën op papier. “Ik doe het gewoon met do, re, mi, fa. Want het notenschrift ken ik niet”.
Een van zijn songs, ‘Rosina’, werd in 1961 door de Duitse zanger Rex Gildo op de plaat gezet.
Hits in België en in het zuiden
Het duurde even voordat Adamo succes op de plaat had. Na een paar flops tekende hij bij de Belgische tak van EMI. Met zijn Franstalige single ‘Sans toi Mamie’, wist hij in juni 1963 de topplaats te bereiken van de Vlaamse top 10 – boven ‘Eenzaam zonder jou’ (Will Tura), ‘Buena Notte Bambino’ (Rocco Granata) en ‘Junge komm bald wieder’ (Freddy Quinn). Ook ‘Amour Perdu’ en ‘Crier ton nom’ deden het goed in het Franstalige gedeelte van de wereld.
Het succes bij de zuiderburen sijpelde door naar het zuiden van Nederland. Henk Severs van platenhandel de Harp in Maastricht rook al snel omzet. Zijn winkel in de Spilstraat, dicht bij de markt waar inwoners van Luik op vrijdag inkopen kwamen doen, kreeg vraag naar de 45-toeren singles van de inwoner van Jemappes. Severs vulde bovendien heel wat jukeboxen in Zuid-Limburg.
Op 31 augustus plaatste hij een advertentie in de krant met zijn top tien – daarin niet alleen Gert Timmerman (Ik heb eerbied voor jouw grijze haren), Rocco Granata (Sagapo) en Elvis Presley (Devil in Disguise) maar ook twee titels van Adamo: ‘Crier ton nom’ en ‘Sans toi Mamie’.
Bovendien nodigde hij de Belgische zanger uit om in zijn winkel handtekeningen uit te delen.
De Nederlandse platenmaatschappij Bovema (Bronsteeweg 49, Heemstede) kwam eveneens in actie. In september 1963 werd Adamo naar de randstad gehaald. Aan een verslaggever van de Telegraaf vertelde hij daar: “Ik ben voor de eerste keer in Nederland en kom speciaal om voor de grammofoonplaat mijn liedjes te zingen in Nederlandse vertalingen”. In het dagblad werd afgedrukt dat de artiest zijn speciale stemgeluid (‘anders dan Aznavour of Jacques Brel’) te danken had aan het roken.
‘Alleen voor jou’ en ‘Ik roep je naam’ werden bij die gelegenheid vastgelegd. Jan van Schalkwijk schreef de Nederlandse tekst. Bovendien gaf Adamo in Amsterdam een besloten optreden. “Als hij op het podium staat valt de schroom van hem af. Dan geeft hij zich met hart en ziel om zijn liedjes, met een meeslepende melodie en een eenvoudige, gepassioneerd gebrachte tekst, tot het publiek te laten doordringen”, aldus de Telegraaf.
De originele Franstalige nummers bleven het goed doen in het zuiden van het land – zoals in Tilburg. In de lokale hitlijst van 21 december 1963 bezette Salvatore er de bovenste twee plaatsen. Vooral ‘N’est-ce pas merveilleux’ deed het goed. In de Tilburgse top 20 waren maar liefst vier Adamo-nummers geklasseerd.
Op het einde van 1963 verscheen nog een nieuwe single: ‘Tombe la neige’.
‘Vous permettez monsieur’ in de Vuist
Op 20 maart 1964 veroverde Adamo heel Nederland door met zijn familie op te treden in het nieuwe en zeer goed bekeken tv-programma van Willem Duys, ‘Voor de vuist weg’. Samen ‘zongen’ ze het vrolijke ‘Vous permettez monsieur’.
Waarschijnlijk bracht hij tevens een bezoek aan de studio’s van zeezender radio Veronica, waar de populaire diskjockey Joost de Draaijer (Willem van Kooten) opereerde.
In de rubriek ‘Hit-tips van Joost’, april 1964 (Muziek Expres), schreef deze: “Zelden ontmoette ik een zo sympathieke, bescheiden en zo beroemde zanger-componist als Adamo. Een ras-artiest, deze knaap, die nog jaren meekan! Het heeft een tijd geduurd, maar sinds zijn laatste TV-optreden kan Adamo geen kwaad meer doen.’Tombe la neige’ vond al gretig gehoor, maar de tango ‘Vous permettez monsieur’ schijnt alles te gaan doen. Hij verdient het, deze 20-jarige Italiaanse Belg”.
Adamo in ‘Voor de vuist weg’
Voor het Parool in Amsterdam was het sensationele optreden van Adamo bij Willem Duys aanleiding om een journalist, Piet Kort, helemaal naar Jemappes te sturen. Op 11 april presenteerde deze het verslag van zijn reis.
Volgens Piet had Adamo de Beatles van de eerste plaats in de Nederlandse hitlijst afgehouden. “Voor de vierde achtereenvolgende week staat de 20-jarige (in België wonende) Italiaanse zanger Adamo met zijn chanson ‘Vous permettez monsieur’ in Nederland bovenaan in de hitparade. Teenagers, die maandenlang de voorkeur hebben gegeven aan Beatles en andere Engelse sterren, hebben nu besloten dat Adamo voor hen nummer één is”.
De verslaggever werd welkom geheten. “Zijn broertje en de vijf zusjes kwamen naar de voorkamer rennen. Met een bandrecorder en een gitaar, lief en uit de maat, precies zoals ze in Nederland voor de televisie gedaan hadden, zongen ze ‘Vous permettez monsieur’” voor de bezoeker uit het hoge noorden.
Piet Kort naar Jemappes
Het ging goed met het mijnwerkersgezin. “Bij de Adamo’s heerst welvaart. De meubels zijn nieuw. Alle moderne huishoudelijke apparaten zijn aanwezig. Een van de wanden hangt vol met cadeautjes en er is een dienstmeisje. Met zijn eigen liedjes, waarvan hij zowel tekst als muziek heeft geschreven, kon Adamo dit voor zijn familie bereiken.
Maar ‘vanzelf krijgen’ is er in huize Adamo in het Belgische plaatsje Jemappes toch niet bij. Iedereen werkt mee aan het succes. Vader Adamo en een neef besturen de twee Opel-stationcars, waarmee het gezelschap naar de theaters reist. Het zusje Delizia is druk in de weer met affiches en foto’s. Voor de kinderen is het iedere dag feest en moeder heeft het er druk mee”.
Sinds enkele maanden woonde het gezin in een nieuw huis. De herinneringen aan het werken in de mijn waren vervaagd. Adamo junior had plannen om in het nabijgelegen Mons een villa te bouwen – en dat allemaal als gevolg van de platenverkoop en de gestegen ‘toneelprijs’.
Bovema zou aanvankelijk niet veel fiducie in de single gehad hebben. “Toen hij het liedje in een televisieprogramma van de AVRO zong, bestond er in ons land nog geen plaat van. De grammofoonplatenmaatschappij zag er niet zoveel in. Maar er kwamen plotseling zoveel aanvragen dat men het chanson wel op de persen moest leggen, zelfs op dat ogenblik nog niet beseffend dat het een onverbiddelijke bestseller zou zijn”. Inmiddels werden er dagelijks vijf- tot achtduizend exemplaren verkocht. Het optreden was zo succesvol geweest dat de AVRO besloten had het in de volgende uitzending van de Vuist nog eens uit te zenden.
Adamo in Jemappes
Tijdens zijn uitstapje naar België was de Nederlandse journalist bovendien aanwezig bij een optreden van Adamo in het Belgische Boom. In een ontmoeting met Adamo’s manager Robert Bylois hoorde hij dat deze ‘in het begin helemaal niet zo enthousiast was’. Maar door het succes was de gage wel opgelopen tot 5.000 nieuwe Franse francs.
Bylois: “Dat wil heel wat zeggen, want een Frans zingende chansonnier, die eigenlijk geen Fransman is, wordt niet zo erg snel geaccepteerd. Adamo wel. Hij maakt heel diepzinnige teksten, waarvan ik wel eens zit te kijken”.
Adamo trad in een keurig grijs costuum op met vier vaste begeleiders, twee Italianen en twee Belgen. Zijn hit zong hij twee keer, de tweede keer als toegift. “Idereen zong mee, zonder moeite”.
Adamo senior zat achter het stuur na het optreden. “Ik laat hem nooit rijden op de terugweg. Na zo’n vermoeiend optreden moet hij slapen. Hij heeft natuurlijk wel een eigen auto. Die staat op het ogenblik in Brussel. Hij heeft pas een aanrijding gehad”.
Op het einde van zijn artikel schreef de journalist van de Amsterdamse krant: “Adamo gedraagt zich heel gewoon. Hij realiseert zich dat het nog maar twee jaar geleden is dat hij in de schoolbanken alleen nog maar droomde van een optreden in België, in Frankrijk, in Zwitserland, op het toneel, op de televisie. Nu doet hij dit allemaal”.
Gouden plaat in Nederland
Als gevolg van het succes moest Adamo hard werken, overal opdraven. In mei reisde hij met zijn familie opnieuw naar het noorden. In Amsterdam ontving hij tijdens een optreden een gouden plaat voor ‘Vous permettez monsieur’ uit handen van wie anders: Willem Duys.
Uitverkocht was het Concertgebouw zeker niet. In de krant kon je lezen: “De zaal was hooguit voor een vierde gedeelte bezet. Voor Adamo die in België overvolle zalen gewend is en kortgeleden in Duinkerken nog voor een tienduizendkoppig publiek optrad een teleurstelling. Het enthousiasme van de rond zeshonderd aanwezige Amsterdamse fans stelde hem intussen niet teleur. Zij zorgden voor een applaus dat bij een volle zaal nauwelijks stormachtiger had kunnen zijn”.
De aankomst in Amsterdam op 15 mei was zorgvuldig voorbereid. “Ofschoon Adamo per auto van België naar Nederland was gekomen legde hij het laatste stuk van de reis per trein af. Beter: het laatste stukje, want Adamo nam op het Muiderpoortstation de trein om zich naar het Centraal Station te begeven. Dit op wens van de Club des Chansons, die gezorgd had voor een spontane en daardoor wat ongeorganiseerde begroeting aan het Centraal Station.
Met moeite slaagde een tiental politiemannen erin Adamo van al te opdringerige fans te bevrijden en hem heelhuids naar de wagen van zijn manager te begeleiden. Per auto arriveerde hij bij het Concertgebouw waar handtekeningjagers voor een enthousiaste ontvangst zorgden. Niet alleen voor de twintigjarige zanger zelf, maar ook voor zijn ouders, zijn vijf zusjes en broertje Pipo.
Het hele gezin Adamo deelde in de huldiging van Salvatore die uit handen van Willem Duys de gouden plaat van de n.v. Bovema ontving. Zijn zusjes en broertje werden verrast met miniatuur gouden plaatjes. Voor moeder Adamo waren er bloemen, voor vader en de muzikale begeleiders van Adamo, I Delfini, een partij feestsigaren”.
Na de huldiging van Adamo was deze bereid om zijn succesnummer nogmaals met de hele familie te vertolken. Dat had hij misschien beter niet kunnen doen meldde een journalist van de Tijd Maasbode. “Na afloop heeft een inspectrice van de arbeidsinspectie proces verbaal opgemaakt tegen de directeuren van het Nederlands Theater Bureau, de heren W. Van Liempt en J. Flink, die de show hadden georganiseerd. De inspectrice maakte namelijk bezwaar tegen het optreden van de vijf zusjes en het broertje van Adamo, in leeftijd variërend van 4 tot 11 jaar, die na de huldiging van hun broer Salvatore samen met hem het bekroonde liedje ‘Vous permettez monsieur’ uitvoerden.
De inspectrice achtte dit in strijd met de arbeidswetgeving in ons land. Na de show onderwierp zij de directeuren van het theaterbureau en het echtpaar Adamo aan een verhoor’.
Directeur Van Liempt gaf als commentaar: ‘Dat is ronduit kinderachtig’ en de Belgische manager van Adamo, de heer R. Bylois, merkte verbaasd op: ‘Daar hebben wij in België nooit last van’”.
Hitlijst 16 mei 1964 (afgedrukt in Billboard)
Op toernee door Nederland
Het optreden in Amsterdam was onderdeel van een eerste toernee door ons land. In korte tijd liet Adamo zich zien en horen in Eindhoven, Den Haag, Tilburg en Rotterdam. Frans van Haaften was erbij in Eindhoven en deed verslag in het blad Beatrijs. “Adamo kwam, zag en overwon”, was zijn conclusie. Julius Caesar zou het met een Italiaans leger niet beter gedaan hebben.
Herman Stok, die met een toneelversie van zijn tv-programma ‘Top of Flop’ het voorprogramma verzorgde, ‘ging hopeloos de mist in toen de zaal met een dreigend spreekkoor (Herman flop – Herman flop) de twintig rechercheurs in de zaal naar de gummiknuppel deed tasten’.
Ook nu herhaalde de zanger ‘Vous permettez monsieur’ als toegift. “Het niet tot verzadigen te brengen publiek smeekte hem het nog een keer te zingen.
Zelf zong hij de eerste drie woorden. Toen deed de zaal de rest. Adamo dirigeerde het duizendkoppige koor, dat delen van de tekst keurig uit het hoofd bleek te kennen, de wat moeilijker passages – uiteindelijk is het een Frans chanson – vereenvoudigend tot op een op alle gevallen passend ‘lalalala’.
Adamo liet een dankbare glimlach de zaal in glijden, omdat men het hem zo gemakkelijk maakte, wilde vervolgens toch nog wat doen en gaf dus nog maar eens zelf drie of vier woorden prijs aan de microfoon, die hij gedurende zijn gehele optreden vrijwel niet van zijn lippen had gehad.
Zo verbluffend is zijn populariteit hier nu, dat de teenagers de teksten van zijn chansons – en nogmaals, Frans is echt niet zo eenvoudig! – met hele coupletten tegelijk uit het hoofd kennen. Een tastbaarder bewijs voor bekendheid is nauwelijks te leveren, dachten wij zo”.
Het publiek was meer dan enthousiast.
Bij de opkomst van de artiest ontstonden er tonelen zoals je die bij de Beatles, Stones of Elvis Presley kon verwachten. “Toen Adamo aan zijn eerste chansons begon, steeg er een gegil, gefluit, gestamp en gebrul uit de zaal op, zodat de donkere, hese stem van de jonge zanger volkomen in dit inferno dreigde ten onder te gaan.
Gelukkig bleek de versterker over voldoende kracht te beschikken om de toejuichingen te overstemmen. Maar op volle sterkte moest het apparaat gedurende het gehele, bijna half uur durende optreden van Adamo toch wel blijven draaien.
Nauwelijks waren de laatste noten van het allerlaatste liedje verklonken, of een complete meute fans stortte zich op het toneel met de menslievende bedoeling hun grote favoriet onstuimig aan het hart te drukken. Adamo verbleekte, ging aarzelend een stap achteruit en zocht vertwijfeld om hulp tussen de coulissen. Die hulp kwam: forse brandweerlieden en toneelknechts gooiden zich onvervaard naar voren en wierpen de enthousiastelingen terug in de zaal”.
Erkenning
Als je afgaat op wat er over hem geschreven werd, kreeg Salvatore nu alom erkenning. Hij moest zijn hits dan ook in allerlei talen inzingen, zoals in het Duits en Engels. “In Italië is Adamo ook zeer populair. Misschien komt het omdat hij op Sicilië is geboren. Op de Italiaanse platenmarkt staat de Belgische zanger als vierde op de platenmarkt geklasseerd”.
De Nieuwe Limburger meldde: “Hoe hoog Adamo in België staat aangeschreven wordt onder meer bewezen door de koninklijke belangstelling die hij daar geniet. Anderhalve week geleden trad hij op tijdens een Rode Kruis manifestatie in het stadion te Brussel. Hij bood bij die gelegenheid koningin Fabiola 4.000 rozen aan. Daarna werd hij door prinses Paola en prins Albert op hun prinselijk paleis ontvangen. Op verzoek van het prinselijk paar zal Adamo nu een lied voor de prinses maken, dat heet ‘La douce Paola’.
Het succes stijgt Adamo niet naar het hoofd. Hij heeft een bijzonder sterk ontwikkeld gevoel voor humor. Dat heeft hem een nuchtere en gezonde kijk op het leven gegeven. Men leest Adamo de bescheidenheid van het gezicht”.
Edison
1964 was het jaar van de grote internationale doorbraak van de Beatles, Stones en andere Britse beatgroepen – ook in Nederland. Maar de Edison voor ‘teenage repertoire internationaal’ ging dat jaar naar Adamo. “Niet de hard rock-beat van een stampend ritme; wel de ‘blues-achtige’ overtoon, die onontbeerlijk is voor ieder, die toegang wil krijgen tot de gesloten teenage formatie heeft Adamo met zijn zeer persoonlijke, quasi-helpeloze, geluid in korte tijd naar de top gebracht.
Dat zou kunnen verdoezelen dat zijn liedjes van eigen hand de ‘pur sang’ troubadour verraden. Zij zijn nu eens verrassend poëtisch dan weer satyrisch scherp, ironisch observerend of romantisch sentimenteel. Hij vertegenwoordigt een jeugd voor wie de toekomst niet eindigt bij de hit van gisteren”, was in het juryrapport opgenomen.
Vanwege die Edison werd Adamo uitgenodigd om op 3 oktober van de partij te zijn tijdens het prestigieuze Grand Gala du Disque, dat georganiseerd werd door de man die zijn loopbaan aan het rollen bracht op 20 maart en hem op 15 mei de gouden plaat overhandigd had: Willem Duys. Hij trad er op, samen met onder anderen Josephine Baker, Nina & Frederik, de Swingle Singers, Willeke Alberti, Millie Small, Jasperina de Jong en Wim Sonneveld.
Op 4 november ontving Adamo een platina plaat – de verkoop van zijn single was inmiddels tot boven de tweehonderdduizend gestegen.
Adamo en Willem Duys met het juryrapport
Opnieuw in Maastricht
In het najaar van 1964 trok Adamo voor de tweede keer rond door Nederland. Bij die gelegenheid bleek nog eens hoe populair hij bij het Nederlandse publiek geworden was. Tevens werd duidelijk dat de artiest ook bijzondere contacten had.
De Nieuwe Limburger maakte bekend dat Salvatore een dikke vriendschap had gesloten met Lenie Sijtema, eveneens 20 jaar, dochter van de eigenaar van een viswinkel en visconservenfabriek op de Hoogbrugstraat 65 in Maastricht. “Adamo is een graag geziene gast in huize Sijtema. Als de populaire zanger maar even de tijd heeft toert hij met Lenie, oud-leerlinge van de Maastrichtse stadsacademie, in zijn rode sportwagen door het Zuid-Limburgse land en de Belgische grensstreek.
Lenie, vanaf het eerste moment dat zij de muziek van Adamo hoorde, een vurige fan, kwam in contact met Salvatore na een uitgebreide briefwisseling. Maastricht is daarna voor Adamo een pleisterplaats geworden, waar hij erg graag vertoeft”.
Op 29 september bracht Salvatore, inmiddels een ‘superster’, opnieuw een bezoek aan platenwinkel de Harp. Ongemerkt ging dat niet en dat was ook niet de bedoeling van Henk Severs, die zijn komst door middel van een advertentie had aangekondigd.
“Na een optreden in Scheveningen reed hij regelrecht naar de Maastrichtse winkel aan de Spilstraat, waar een duizendkoppige menigte van handtekeningenjagers, meest vrouwelijke teener-fans, met verhitte hoofden het idool stond op te wachten en het verkeer ter plaatse voor enkele uren volkomen lam legde.
De Maastrichtse politie, die van tevoren niet door de organisatoren van het gebeuren op de hoogte was gesteld van Adamo’s komst, stond voor de bijna hopeloze taak om enige orde te brengen in de mensenkluwen. Opgeschoten jongelui, die met politiefluitjes en stinkbommen de mannen van Hermandad trachtten te dwarsbomen, maakten het lange wachten van de naar adem snakkende fans er niet aangenamer op.
Adamo slaagde er tegen 17.30 uur tenslotte in om met behulp van een speciaal voor deze gelegenheid gecharterde ‘knokploeg’ door te dringen tot in de winkel, waar hij naar believen met een geroutineerd gebaar ansichtkaarten, schoolagenda’s, boekentassen en kledingstukken met zijn beroemde naam sierde.
De struise politiemannen, die verschillende door de fans in het gedrang verloren kledingstukken mee naar het bureau namen, konden toch niet nalaten om Adamo ook een handtekening af te bedelen, teneinde er hun dochters thuis een plezier mee te doen”.
Adamo in de Spilstraat, Maastricht, 29 september 1964
Benny Neyman (1951-2008), die later een grote hit had met ‘Waarom fluister ik je naam nog’, was erbij in de Spilstraat.
In een interview met Martijn Jas (2004) vertelde de Maastrichtse zanger: “Ik heb een tijdje Adamo geïmiteerd. Ik was dertien of veertien, in die tijd kreeg ik de baard in de keel en daardoor kon ik hem perfect nazingen. Ik trad op in het Derde Ordegebouw tijdens schoolavondjes: een zaaltje tegenover de paters Jezuieten aan de Tongersestraat. Als ik opkwam schreeuwde iedereen: Adamo, Adamo! Ik zong ‘Inch Allah’ en ‘Vous Permettez Monsieur” en de zaal stond dan werkelijk op zijn kop. Van Adamo heb ik nog een handtekening gekregen toen hij een keer kwam signeren in De Harp, de bekendste platenzaak van Maastricht”.
Adamo in Leeuwarden
Een bijzonder contact had Salvatore ook in de Friese hoofdstad Leeuwarden – ene mevrouw De Jong-Brons, 70 jaar. Toen de zanger er in de Beurs optrad, meldde de Friese Koerier: “Er woont in deze goede stad een oude dame, die hulpbehoevend is, maar ook Adamo een warm hart toedraagt. Voor Adamo naar Leeuwarden kwam, had ze al haar vensters volgehangen met affiches, die zijn bezoek aankondigden.
Dit was de jonge ster ter ore gekomen. En daarom had hij ervoor laten zorgen dat deze mevrouw een ereplaats in de Beurs had. Na afloop van de voorstelling kreeg ze een uitnodiging om naar de Kroon te komen, waar Adamo zijn domicilie had. Hij noemde haar ‘oma’.
Ze praatten gezellig en ze moest meeëten van het soupertje dat Adamo dubbel en dwars verdiend had met zijn ontwapenende optreden: ‘tournedos sauté avec pommes frites et salade’.
Kom Adamo, zei de manager, je moet naar bed!
Geen kwestie van, zei Adamo, ik breng eerst oma naar huis.
Zo gezegd, zo gedaan. Adamo charterde een auto en mevrouw De Jong werd keurig thuisgebracht. Nog even een kopje koffie drinken, en weldra was er weer een halfuurtje om.
Kom, nu naar bed hoor, zei de manager.
Nee, zei Adamo, ik blijf bij omaatje logeren, als ze het tenminste goed vindt.
Natuurlijk vond omaatje het goed. Ze vond het heerlijk, zo’n kleinzoon.
De volgende morgen wekte ze hem met heerlijke sterke koffie waar hij zoveel van houdt. En Adamo beloofde haar dat ze een mooi plaatsje krijgt op het Grand Gala du Disque in Amsterdam, waar Adamo een Edison-onderscheiding krijgt. Alsof het niet opkon, beloofde hij haar ook nog dat ze bij zijn optreden in de Singer concertzaal in Laren zou zijn. En nog meer. ‘Als zijn nieuwe huis in Jemappes klaar is, moet ik komen logeren’, vertelde mevrouw De Jong trots”.
Uit diverse artikelen kon je opmaken dat Adamo sowieso een hekel aan hotelkamers had.
Voor de VPRO-tv was deze relatie overigens aanleiding om ‘omaatje’ te interviewen in het programma ‘Mensen kijken’.
Evenals overal elders had Adamo niet te klagen vanaf het moment dat hij vanuit Frankrijk in het hoge noorden van ons land arriveerde (via Alkmaar en de Afsluitdijk). “De trappen van de Beurs waren toen al bezet met ongeruste teenagers, die, hoe dan ook, vooraan wilden zitten om maar niets van dit voor Friesland unieke optreden te missen.
Klokslag tien uur kwam hij in de Beurs aan. Geëscorteerd door een zestal agenten en onder luid gejuich van het publiek, dat na de pauze niets anders gedaan had dan roepen: “Adamo, Adamo, Adamo, Adamo, Adamo”, liep hij naar het podium. Zijn orkest had vlak daarvoor zonder moeite het podium reeds bereikt.
Het werd een voor Leeuwarden ongekend succes. Waarschijnlijk nog nimmer oogstte een artiest hier zoveel applaus en toejuichingen. Bijna een vol uur zong en speelde Adamo: ‘Tombe la neige’, ‘Crier ton nom’, ‘Quand les roses’, ‘J’ai perdu ma tête’, en nog vele andere beroemd geworden nummers.
Het ging er goed in bij het publiek.
Men stond op stoelen en op tafels, er zaten mensen in de pilaren, maar het was allerminst een chaos. Men hield de zaal voortreffelijk in de hand. De organisatie was perfect. Hulde aan het jeugdontspanningscomité! Het was ongeveer elf uur toen Adamo zijn optreden besloot met een toegift. Daarvoor had hij bloemen en een boek over Leeuwarden aangeboden gekregen. Geëscorteerd door de zelfde zes agenten, die naar de gezichten te zien er plezier in begonnen te krijgen, verdween Adamo via de brandgang van de Beurs.
Buiten wachtte op hem zijn impresario en samen verdwenen zij in de richting van hotel de Kroon”.
Adamo met manager Robert Bylois (1964)
Terugblik
Anno 2018 keek Adamo in het Laatste Nieuws terug op zijn loopbaan. Die was zeker niet geëindigd met ‘Vous permettez monsieur’ in 1964. Salvatore werd nu de ‘koning van het chanson’ genoemd. “Al meer dan een halve eeuw oogst hij applaus vanuit alle windstreken”.
De redacteur van de Belgische krant plaatste hem – vanwege de verkoop van zijn platen – op één lijn met Julio Iglesias, Coldplay, Lionel Richie, Justin Timberlake, Tina Turner, P!nk, Dylan, R.E.M. en de Red Hot Chili Peppers.
De artiest reageerde met: “Ach, het geluk heeft mij gediend”.
Die opmerking was logisch: “Als Salvatore Adamo in velerlei opzichten een uniek man is, dan zeker wat betreft zijn grootse bescheidenheid”.
Adamo: “Zingen is mijn hobby. Muziek is mijn middel om de illusie levendig te houden dat ik nog jong ben. Zonder zou ik het – denk ik – niet redden. De melodieën in mijn hoofd blijven nog steeds komen. Ik heb thuis zeker duizend composities, door mezelf opgenomen, maar nog ongebruikt. Dat gaat nog heel vlot. Muziek schrijven is voor mij een wandeling op akkoorden. Ik speel en de muziek wikkelt zich zo’n beetje rond mijn humeur van de dag. Later die teksten schrijven, da’s andere koek. Keer op keer zo lastig, maar ook dat blijf ik zelf doen”.
De zanger keek terug: “In 1960 heb ik een zangwedstrijd gewonnen en zo kon ik een eerste album – in het Italiaans – opnemen. Geen succes. En daarna volgden er nog wat platen en ze verkochten werkelijk voor geen meter. Finito, dacht ik. Ik besloot om weer te gaan studeren om leerkracht Engels te worden. Maar mijn vader – die nota bene eerst van dat zingen niet moest weten – istoen op mij beginnen in te praten en heeft mij overtuigd om het nog één keer te proberen. Dat was ‘Sans toi Mamie’. Een plaat waarvan ik niet eens hield.
Ik vond mijn stem niet mooi, de arrangementen trokken op niet veel. Maar ik durfde dat tegen de platenmaatschappij niet te zeggen. En wat bleek? Gigantisch succes en mijn trein was vertrokken. Welke jonge artiest kan vandaag, zoals ik vroeger, nog vijf keer proberen? Als de eerste plaat niet verkoopt, is het afgelopen.
In 1964 – mijn topjaar – kreeg ik een uitnodiging van Willem Duys voor de Nederlandse televisie. Tot vandaag weet ik nog steeds niet waarom, maar mijn vader stond erop dat mijn hele familie mee zou gaan naar die uitzending. We stonden daar allemaal op dat podium te zingen en dat was een gigantisch succes: enkele weken later had ik al platina.
Ik heb het geluk gehad dat ik in vele talen kon zingen: in het Spaans, het Italiaans, het Duits en zelfs in het Japans. Ik heb mijn best wel gedaan, maar toch blijf ik, als ik mijn verleden nog eens overschouw, die carrière nog steeds een mirakel vinden”.
Hij voegde eraan toe: “Ik hoop dat ik nog steeds dezelfde zanger ben als vroeger, maar wel met meer maturiteit. Als ik in mijn beginjaren over de liefde zong, was dat wanhopiger en meer hartverscheurend dan vandaag. Het ging vaak over onbeantwoorde liefdes en stukgelopen relaties waarbij iemand zich dan finaal nog eens op de knieën gooide voor de ander. Nu is het toch wat serener. Gelukkig maar”.
Wat zou zijn plaats zijn in de muzikale wereld van 2018, werd hem gevraagd.
Adamo: “Da’s een lastige. Iemand zoals Matt Simons of Ed Sheeran misschien? Of de Canadese singer-songwriter Patrick Watson, die naast geweldig zingen ook prachtig kan pianospelen. Ik geniet enorm van moderne muziek en laat me – naast grote namen als Bob Dylan en Paul Simon – nog dikwijls verleiden door nieuw muzikaal talent”...
Harry Knipschild
4 november 2023
Clips
* Adamo, Je veux crier ton nom
* Adamo, Vous permettez monsieur, Vuist, 1964
* Interview Adamo met Jos Benders, 2023
Literatuur
‘Adamo gaat in het Nederlands zingen, Telegraaf’, 18 september 1963
‘Adamo – toverwoord voor het nieuwe seizoen’, Tuney Tunes, november 1963
Adamo in Nieuwe Tilburgsche Courant, 21 december 1963
Willem van Kooten, ‘Adamo ook hier uit de verf’, Muziek Expres, april 1964
Piet Kort, ‘Zingende Italiaan uit Belgische mijnstreek’, Parool, 11 april 1964
Frans van Haaften, ‘Adamo kwam, zag en overwon’, Beatrijs, mei 1964
‘Adamo neemt gouden plaat in ontvangst’, Tijd Maasbode, 16 mei 1964
‘Proces verbaal voor optreden kinderen’, Tijd Maasdbode, 16 mei 1964
‘Juryrapport Adamo’, Limburgsch Dagblad, 7 augustus 1964
‘Of die Adamo een aardige jongen is’, Friese Koerier, 22 september 1964
‘Verloor Adamo zijn hart in Maastricht?’, Nieuwe Limburger, 30 september 1964
Cor Caroll, ‘Formidable’, Friese Koerier, 10 oktober 1964
‘Adamo’s ‘oma’ voor tv’, Friese Koerier, 2 november 1964
Martijn Jas, ‘Benny Neyman’, in Maastricht bevalt, Amsterdam 2004
‘‘Sterven op de planken, da’s niks voor mij’’, Laatste Nieuws, 16 februari 2018
- Raadplegingen: 2520