315 - Mary Hopkin, opvolgster van Sandie Shaw
Op een zondagochtend in 1972 werd ik [HK] gebeld door Dick Leahy, directeur in Londen van Bell Records. Polydor, het bedrijf waar ik werkzaam was, had de distributierechten verworven van dat label. Leahy logeerde in Amsterdam en nodigde me voor de lunch uit.
Aan tafel, buiten in het zonnetje, vertelde hij me over de artiesten met wie hij in de weer was: David Cassidy, Gary Glitter, Dawn, Bay City Rollers en Mary Hopkin. Die laatste zangeres had samen met haar man, producer Tony Visconti, een nieuwe versie gemaakt van ‘Summertime, Summertime’, in 1958 een hit in Amerika voor de Jamies.
Toen ik het plaatje later hoorde was ik meteen enthousiast. Waarschijnlijk om contractuele problemen werd het door Bell uitgebracht onder de naam Hobby Horse. Maar ik was niet de enige die ‘Summertime, Summertime’ in 1972 zag zitten. De versie van Hobby Horse haalde de top 10 in ons land. Een opvolger kwam er niet. Met die ene single begon en eindigde mijn directe bemoeienis met de loopbaan van Mary Hopkin, toen 22 jaar.
Verlegen jong meisje
Vier jaar eerder, in 1968, stond het jonge meisje ineens in het middelpunt van de belangstelling. Dat wil niet zeggen dat ze niet eerder haar zangstem had laten horen. Dat was echter alleen op regionaal niveau. Mary Hopkin, op 3 mei 1950 geboren in Pontardawe bij Swansea in Wales, werd aanvankelijk zelfs opgevoed in de taal van Wales. Het Engels kwam even daarna in haar leven.
In Wales was zingen iets vanzelfsprekends, vertelde haar moeder aan de pers. “It was in chapel that she started singing – doesn’t everybody in Wales? Mary’s been faithful in the local Congregational Tabernacle since she was four”.
Mary moet een verlegen jong meisje geweest zijn, maar op de bühne voelde ze zich thuis, legde ze in 1968 uit. “I’m scared to talk to people. I get so that if they’re not going to try with me, I won’t try with them. No, I’ve never had stage fright. I’d much rather sing on stage.
I used to have an agent at home and he would get me jobs in working men’s clubs and places. I used to earn about six pounds a show and I also did some work singing with a couple of boys for a year. I was at school then”.
Mary maakte in Wales plaatjes met liedjes die ze in het Welsh zong. Met dat repertoire mocht ze zelfs voor de tv optreden, waarbij ze zich zelf op gitaar begeleidde. Veel bewondering had Mary voor de Amerikaanse protestzangeres Joan Baez, die ze zelfs een keer wist te ontmoeten. Zoals Donovan de Britse versie van Bob Dylan wilde zijn, droomde Mary ervan zo’n plaats ten opzichte van Joan Baez in te nemen.
Als ze de kans kreeg ging ze op zaterdagavond dansen in Swansea, de stad van waaruit de Iveys, de groep van Pete Ham, werkten om het als popgroep te maken. Onafhankelijk van elkaar werden Mary Hopkin en die Iveys (later: Badfinger) in 1968 gecontracteerd door Apple, de platenmaatschappij die de Beatles aan het opzetten waren.
Britse popzangeressen
Halverwege de jaren zestig waren er in Engeland enkele popzangeressen met succes. Marianne Faithfull (uit 1946) bijvoorbeeld had onder supervisie van de Rolling Stones al in 1964 gescoord met ‘As tears go by’ (1964), weldra gevolgd door ‘Come and stay with me’, ‘This little bird’ en ‘Summer nights’ (1965). Daarmee kwam er voorlopig een einde aan haar carrière als zangeres.
In die zelfde tijd manifesteerde ook Cilla Black (uit 1943) zich: in 1964 met een cover van ‘Anyone who had a heart’ (Dionne Warwick), weldra gevolgd door een nieuwe cover: ‘You’ve lost that loving feeling’ (Righteous Brothers) en ‘You’re my world’, een liedje uit Italië. Omdat ze door Brian Epstein gemanaged werd kreeg Cilla de kans om een Lennon/McCartney song op de plaat te zetten: ‘It’s for you’, die een zevende plaats op de Britse hitlijsten haalde.
Dusty Springfield (uit 1939) was een stuk ouder. Ze had al een carrière achter de rug als lid van de Lana Sisters en Springfields (met ‘Island of Dreams’). In 1966 had Dusty, 27 jaar, al heel wat successen op haar naam gezet met als laatste ‘You don’t have to say you love me’, evenals ‘You’re my world’ afkomstig uit Italië.
Sandie Shaw (uit 1947) was jonger. In 1964 had ze meteen een nummer één met haar versie van de Burt Bacharach-song ‘Always something there to remind me’, oorspronkelijk van Lou Johnson. Met ‘Long live love’ bereikte Sandie in 1965 opnieuw de top. In het voorjaar van 1967 pakte Shaw haar derde nummer één met ‘Puppet on a string’, het liedje waarmee ze eerder het Eurovisie-songfestival won.
Sandie was niet gelukkig met ‘Puppet’. Deelname aan het songfestival was haar aangepraat en ze vond het naar eigen zeggen (later) helemaal niets om dat liedje te moeten zingen. Het meisje was in zekere zin een ‘puppet’ van haar ontdekker, Adam Faith, en manager, Eve Taylor, een vrouw met haren op de tanden, althans zo stond ze bekend.
Sandie Shaw, songfestival 1967
Het platenkopend publiek zat enigszins op de zelfde golflengte, in die zin dat het met de singles van Sandie Shaw, die volgden op ‘Puppet on a string’, bergafwaarts ging. ‘Tonight in Tokyo’, ‘You’ve not changed’ en ‘Today’ wisten de hitlijsten nog wel te bereiken op lage posities. Maar een jaar na ‘Puppet on a string’ werden ‘Don’t run away’ en ‘Show me’ niet meer genoteerd. Sandie Shaw was anno 1968 in Engeland een beroemde zangeres zonder hitsingle.
Aan Eve Taylor de taak om haar carrière weer in het gareel te brengen.
Opportunity Knocks
Het lijkt erop dat Mary Hopkin zich nauwelijks bewust was van de popscene van dat moment, het voorjaar van 1968. In een zeer lang artikel over de zangeres uit 1995 is te lezen dat ene Bert Veale, die in Wales als ‘agent’ optrad van het jonge meisje, dat zo van folksongs hield, haar zo maar had aangemeld bij het bekende Britse tv-programma ‘Opportunity Knocks’, dat nieuwe artiesten aan het publiek voorstelde.
Mary had in Wales op de Eisteddfods en Urdd festivals al meegedaan aan talentenjachten.
Hopkin werd uitgenodigd deel te nemen aan de talentenjacht op de Britse televisie. Eigenlijk had ze er geen zin in. Het was examentijd en Mary zou na de middelbare school verder gaan studeren.
Toch liet ze zich overhalen, is het verhaal. Kort na haar achttiende verjaardag zong Mary op tv ‘Turn Turn Turn’ van Pete Seeger en songs uit het repertoire van Joan Baez. Dat maakte zoveel indruk dat ze op 6 mei 1968 tot winnares werd uitgeroepen.
Opportunity Knocks (1968, met presentator Hughie Green)
Twiggy, het fotomodel van de sixties die zat te kijken, was geweldig onder de indruk, kon je lezen in een serie artikelen die in die tijd in de Engelse popkrant New Musical Express gepubliceerd werden. Twiggy maakte Paul McCartney deelgenoot van haar enthousiasme. Dat kwam goed uit. De bassist van de Beatles was op dat moment druk in de weer met het Apple label, dat zich eind van de zomer van 1968 zou gaan presenteren.
Contact met Paul McCartney
Mary Hopkin vertelde wat ze in die dagen beleefde: “I received a telegram, two days after the show, which I ignored for a few days. It said, ‘Ring Peter Brown at Apple Records’. I had never heard of either of them. I was a great Beatles fan, and I’d heard of the Apple Boutique, but nothing else. We didn’t know Apple Records was on the way.
I left it on the shelf for three days, and then my mother said it would be polite to ring back. So I did, and I was put on to whom I thought was Peter Brown. And this chap had a distinct Liverpool accent. He asked me if I’d come to London and sing for him.
I said, well, that depends and he realized I was being very cautious, so he asked my mother to come to the phone.
So my mother came to the phone, and he said, ‘Oh, this is Paul McCartney. Would you like to bring your daughter to London to sing for me?’
That was it really. I was whisked off there the next day [de volgende dag!] and sang for him; we demoed at the little Dick James Demo Studios. I sang a few songs for him; then I was called back about two or three weeks later, and he sang a little song for me, sort of hummed it, and said, ‘I’ve had this song lying around for years. It’s called ‘Those Were The Days’’.
And he said, ‘Let’s go in and do it’”.
Toen ze toch eenmaal bezig waren werd aan Mary verzocht ‘Those were the days’ meteen ook maar in het Duits, Frans, Italiaans en Spaans in te zingen. De opname, met orkest onder leiding van arrangeur Richard Hewson, was blijkbaar professioneel voorbereid.
Mary Hopkin en Paul McCartney
‘Those were the days’
Het liedje dat Paul McCartney in het voorjaar van 1968 met Mary Hopkin opnam was geen nieuwe compositie. De Beatle had het liedje een paar jaar daarvoor tijdens een optreden van het zingende echtpaar Gene en Francesca Raskin gehoord en het was hem altijd bijgebleven. Ook de Raskins waren niet de eersten die het uitvoerden – het was in 1963 in Amerika al op de plaat gezet door de Limeliters en van Oost-Europese komaf.
Het duurde nog enkele maanden voor de single op de markt verscheen. De mensen van Apple wilden zich op de best mogelijke manier presenteren. De naam van de Beatles stond immers op het spel. Eind augustus zouden er vier singles tegelijk worden gelanceerd, waaronder ook ‘Hey Jude’ van de Beatles zelf. Onder de nieuwe ontdekkingen waren Mary Hopkin, Jackie Lomax, wat later James Taylor en de eerder genoemde Iveys.
Bij de jonge platenmaatschappij lieten ze weinig aan het toeval over. “When Apple decided to sign her to Apple, an official biographer went to see her at home. The man who wrote the words reveals how they wandered around the Hopkin front room perusing the Victorian Swansea Pottery tea service, the gilt frame on the Renoir print and how they found her ‘slim and flat bottomed with a good forehead dusted with powder, fine straight legs not too many weeks out of ankle socks, and an all-embracing air of innocence’”.
Een columnist van New Musical Express (Alley Cat, Tail Pieces) viel de kwaliteit van de voorbereiding op: “Chris Hutchins publicity work for Mary Hopkin praiseworthy”.
Op 31 augustus 1968 was het eindelijk zo ver. In een pagina-grote advertentie werden de eerste vier Apple-singles aangekondigd. Over Hopkin kon je er lezen: “Mary is 18 and comes from Wales, Pontardawe in fact. She’s been singing since she was four. Mary took singing lessons on Saturday and her mother hoped that this would lead to studies at the Cardiff College of Music.
It didn’t. It led via Opportunity Knocks and appearances on Welsh television, to Twiggy hearing her. Twiggy told Paul McCartney and Paul McCartney asked her to come to London. Her voice was as beautiful as Twiggy had said.
Apple Records signed her up.
Now you can hear and buy her first single – ‘Those were the days’, produced by Paul McCartney. It’s pure and beautiful. Like Mary. Apple single number 2”.
Sandie Shaw: Eve Taylor contra Apple
Met de platencarrière van Sandie Shaw ging het op dat moment helemaal niet goed. Op 17 augustus verscheen haar nieuwe single ‘Together’. Derek Johnson, die de single in de NME besprak, hield zich in. Maar er zat – dat was voor hem duidelijk – een nieuwe misser aan te komen. “Sandie Shaw’s last release was a dismal flop. Now, in an attempt to regain chart recognition, Sandie breaks away from Chris Andrews material in favour of a song by that promising newcomer Harry Nilsson.
It’s a song that doesn’t have immediate impact, if only because it’s more complex and substantial than all her recent discs. Sandie’s interpretation is mature and expressive. But I can’t be too hopeful about the outcome”.
Bij het verschijnen van de debuutsingle van Mary Hopkin, twee weken later, was er nog nauwelijks respons op ‘Together’ geweest. Was het afgelopen met de carrière van Sandie Shaw?
Er werd een bijzonder besluit genomen. In een mum van tijd maakten Sandie en haar manager Eve Taylor een cover van ‘Those were the days’.
Taylor zette alles op alles. Ze slaagde erin de beslissers bij ‘Top of the Pops’ te bewegen niet Mary Hopkin maar Sandie Shaw de waarschijnlijk toekomstige hit ‘Those were the days’ in het veel-bekeken tv-programma te laten zingen.
In de New Musical Express werd verslag gedaan: “It’s Eve Taylor versus Apple, the Beatles’ company. Or, in other words, it is Sandie Shaw versus Mary Hopkin in the race for chart honours with Gene Raskin’s sought-after song, ‘Those were the days’.
Sandie and her manager disc-producer, Evelyn Taylor, sprang a surprise with the rush release of their version, for Sandie has ‘Together’ on the market. The song hasn’t got her into the charts yet.
Evelyn’s explanation is: ‘The song [‘Those were the days’] is simply fabulous. Just made for Sandie. I suppose it will be criticised by the business, but show business battles won’t stop the public buying a record if they like it’”.
Mary Hopkin verslaat Sandie Shaw
Ondanks de actie van Eve Taylor werd al snel duidelijk dat de versie van Mary Hopkin veel beter over kwam bij het publiek. Derek Johnson van NME, die de manager van Sandie Shaw wellicht niet tegen het hoofd wilde stoten, was nog terughoudend in zijn opvallend korte recensie. “The potently nostalgic ballad ‘Those were the days’ is warmly and impressively handled by Mary Hopkin – it’s brilliantly scored and has a lingering melody, and I shouldn’t be surprised to see it become a hit”.
Op 7 september was al duidelijk dat de versie van Mary Hopkin aan de winnende hand was. En wie daar nog aan twijfelde kreeg op de omslag van New Musical Express opnieuw een advertentie van een hele pagina te lezen, met groot afgedrukt de tekst: Listen to Mary Hopkin sing ‘Those were the days’. Listen to Sandie Shaw’s version. Then buy the one you like”.
Redacteur Alan Smith van de popkrant stelde zich in het artikel ‘Mary Hopkin wins ‘Days’ race’ helemaal achter het 18-jarige meisje op. “It really couldn’t happen to a nicer girl than Mary Hopkin, who brought her voice, guitar, blonde hair, Apple-red cheeks to London from Pontardawe, South Wales, and was recorded by Paul McCartney. The two debut Apple singles this week are the Beatles at No. 3 and Mary at No. 18, which is nice company indeed!
I am addicted to ‘Those were the days’. I first heard it on occasion in June, since when it has been with me always. It is a ‘forever’ song, with sad Russian-Jewish overtones and a tear behind the smiles. Mary is very lucky to have such excellent material. There is no sign of Sandie Shaw’s rushed-out version”.
In hetzelfde nummer kwam Derek Johnson voorzichtig tot dezelfde conclusie. “Last week I reviewed the Apple label version of this number by newcomer Mary Hopkin. Now we have Sandie’s treatment – not vastly different, but moulded with subtlety to her own distinctive personality. So you pay your money, and you take your choice.
The song is an exceptionally good one and Mary has already got her version away to a fine start, at No. 18 in this week’s chart. But Sandie’s too must stand a good chance.
My preference?
I think I give Mary a very slight edge, if only because her approach is a wee bit more delicate than Sandie’s bubbling effervescent rendition”.
Sandie Shaw moest het onderspit delven. Voorlopig verschenen haar singles niet meer in de hitlijsten. Alleen met ‘Monsieur Dupont’ wist ze, in Engeland, nog een keer goed te scoren (in 1969).
Mary Hopkin wordt een ster
Mary, het jonge meisje uit een dorpje in Wales, stond, zo ging/gaat dat, in een mum van tijd in het middelpunt van de belangstelling. Overal moest ze opdraven, op recepties van popgroepen als Jefferson Airplane, voor radio en televisie en om interviews te geven. Er was niemand die haar stuurde. Bij Apple was er geen echte organisatie. Bovendien was door het overlijden van manager Brian Epstein (1934-1967) de eenheid tussen de vier leden van de Beatles aan het verdwijnen. Na de opname had Paul McCartney met allerlei andere zaken te maken.
Sowieso moesten de kranten, terwille van hun publiek, over Mary Hopkin schrijven. Er werd flink geroddeld met halve waarheden. Het duurde even voor het zangeresje enigszins begreep wat haar aan het overkomen was, toen ze eerst direct onder, en later zelfs boven ‘Hey Jude’ van de Beatles op nummer één in de hitlijsten genoteerd stond.
In de media verschenen verhalen dat Mary door haar onverwachte succes van een verlegen meisje in een harde zakenvrouw veranderd was. Ze zou haar manager ontslagen hebben. Bovendien had ze zich na eerst toegezegd te hebben alsnog teruggetrokken uit een concert voor een goed doel. Haar naam was al groot op de posters gedrukt en duizenden toegangskaarten waren verkocht omdat dat het eerste grote optreden was van de artieste die de hele westerse wereld aan het veroveren was.
Het arme meisje, zonder enige ervaring, werd uitgenodigd te reageren. Nog geen twee weken na het verschijnen van ‘Those were the days’ schreef Alan Smith al onomwonden: “There are two Mary Hopkins: the real one, and the one who sings. The real one is a soft and fragile thing with a blush; hair the colour of the sun over Pontardawe; and a quiet, mouse-like voice often hidden behind a gentle Welsh whisper.
I hope she doesn’t change. I really do. I’ve seen the showbusiness life affect people before, but if it happens to Mary it will be the biggest crime since Elvis Presley went soft”.
Mary Hopkin reageert op kritiek
Een paar weken later bleek er inderdaad een en ander in haar leven veranderd te zijn. Diezelfde Alan Smith zocht Mary op ten kantore van Apple Records. Samen dronken ze thee uit kopjes van porselein. Smith wees het zangeresje nog eens op de koppen in de Britse kranten: ‘Mary says no to charity’, ‘Mary sacks her Beatle boss’ (Paul McCartney) en ‘Mary sacks her manager’.
Mary Hopkin begon zich een beetje te realiseren wat er aan de hand was. Zelf had ze vroeger ook altijd commentaar gehad op de ‘houding’ van popsterren waarover ze in de krant las. “It’s funny – you don’t realise how people talk about you. But I suppose they must. I remember I always used to criticise singers I didn’t like. The thing is that in my case everybody seems to have got everything wrong”.
Smith legde haar voor dat de mensen (zoals ook zij tot voor kort) misschien wel geloofden wat ze lazen. “But she smiled a nice smile and said she thought people would know what the truth was and wouldn’t think bad of her”.
Mary en Carole Hopkin
Mary Hopkin, de nieuwe vedette, kreeg de kans om in het artikel te reageren. “Ze zeggen dat ik mijn manager Terry Donan ontslagen heb en mijn zus Carole in zijn plaats heb aangesteld. Maar Tony is nooit mijn manager geweest. Ik heb helemaal geen manager. Mijn zus ook niet. Ze is iemand met wie ik alles wat ik nu meemaak kan bepraten. Dat is alles. Carole sees to my dresses, and we talk about things and she gives me advice”.
Naar eigen zeggen was Mary medegedeeld dat ze tijdens een benefiet-concert zou optreden met Tiny Tim, de zanger van ‘Tip toe through the tulips’.
Ze had geantwoord “Oh, that’s lovely”, maar zich in haar naïeviteit niet gerealiseerd wat daar de consequenties van waren. Het was een groot concert in de Albert Hall en ze kende maar één liedje: ‘Those were the days’. “I had nothing to do with it really. What I didn’t realise is how important it’s going to be, and how frightening it is to do your first big public performance right there in the Albert Hall with all the critics there and the big names in show business”.
In die grote zaal in Londen kon ze moeilijk aankomen met liedjes in het Welsh, of ‘Turn Turn Turn’, de song van Pete Seeger (en de Byrds) waarmee ze in ‘Opportunity Knocks’ had opgetreden. Dat zou, vond ze, wellicht het einde zijn van de carrière die haar in niet meer dan enkele weken al naar de top van de hitlijsten in Engeland en de hoogste regionen in Amerika gebracht had.
Mary wist het niet goed meer. Aan de verslaggever vertelde ze tussen neus en lippen dat ze een paar dagen eerder een nieuwe jas had willen kopen. In de winkel dacht men dat ze financieel al binnen was. “I tried a coat on the other day, and it was £10 and I thought it was a lot. And the lady said: ‘Why don’t you get this expensive one over here, what with all your money?’
I didn’t like that. I like to buy something because I know it’s value, not because it costs a lot”.
Amerika
De verkoopcijfers van ‘Those were the days’ bleven omhoog schieten. New Musical Express meldde een totaalverkoop, wereldwijd, van bijna drie miljoen stuks. Het zangeresje werd over de Transatlantische Oceaan naar New York gestuurd. In de Nieuwe Wereld zouden ze vier dagen lang flink uitpakken voor de sensationele ster van Apple Records, het label van de Beatles. En daarna weer terug naar Londen.
Na een lange reis was er vertraging in New York. Als gevolg daarvan verscheen Mary pas om half tien op de welkomst-party die om zes uur opgezet was. De meeste bezoekers waren alweer vertrokken. Omdat haar single die week was doorgestoten naar de nummer één positie in de VS mocht ze, alvorens terug te vliegen, gelukkig nog wel acte de présence geven in het populaire tv-programma van Ed Sullivan, dat vanuit New York werd uitgezonden.
Er moest hard gewerkt worden aan een nieuwe single en een album. “Capitol [die de platen van Apple uitbracht] is planning to release Mary’s Apple album here. It is yet untitled and no definite date has been set, but they assured me this week it will be on the market by Christmas”, hoorde June Harris in New York tijdens het bliksembezoek, waarschijnlijk uit de mond van Peter Brown, die evenals zus Carole met Mary meegekomen was.
Hitlijst 2 oktober 1968
De redactie van New Musical Express belde in die tijd ook met de vader van de nieuwe ster. Hywell Hopkin had een goede ambtelijke baan in Pontardwe, maar was bereid die desnoods op te geven voor de loopbaan van Mary, de jongste van zijn drie dochters. Hij uitte echter vertrouwen in Carole, die volgens hem met twee benen op de grond stond. Ze had een tijd in Frankrijk en Griekenland verbleven en woonde al wat langer in de Britse hoofdstad.
Hadden de ouders nog wensen vroeg Alan Smith.
“Mary’s got this week off, so we hope we’ll see her for a while”. Vader Hopkin was ook blij dat Mary door mocht gaan met plaatjes in het Welsh te maken.
Het vervolg
Van ‘Those were the days’ zouden in totaal niet minder dan acht miljoen single verkocht zijn. Daarna duurde het allemaal wat langer dan de muziekindustrie wel gewild zou hebben.
In 1995 keek Mary Hopkin terug op de carrière die in 1968 begonnen was. Aan Bill DeYoung legde ze uit dat het na ‘Those were the days’ lange tijd stil was. Paul McCartney, haar ontdekker, was met andere dingen bezig geweest. “A year went by before he wrote ‘Goodbye’. And that was after I’d said, ‘Look, how about another single?’ But I understood. Obviously his priority was the Beatles, that’s natural. He said he wrote ‘Goodbye’ in about 10 minutes. I’m not sure how true that is! It probably is”.
Mary vroeg zich af of ‘Goodbye’, nummer 2 in het voorjaar van 1969, wel het juiste nummer was. “It’s a good song for its kind, but whether it was suited to me, I don’t know. It was easy for me to do those songs. They were fun little pop songs. So it was very easy for me to say, ‘Oh. Okay. Yes’. But as soon as I realized what was happening, I started putting the reins on, and putting my foot down about what material I was going to do.
I trusted Paul’s judgment, anyway. I would never condemn him for what he did; because he did what he felt was right for me. And I really enjoyed working with him”.
In 1995 gaf ze bovendien commentaar op de situatie bij Apple Records. “I was aware that it was disorganized; I think everyone involved in Apple would agree on that. I think they were just finding their feet; it was early days for them, and a lot of them were new to it anyway. Beatles publicist Derek Taylor mentioned in an interview over here that my management setup was pretty dreadful. I had no one to represent me at the time. There was no one at Apple”.
Door haar hits – in 1970 nog ‘Temma Harbour’ – kwam Mary Hopkin in een heel ander circuit terecht dan waar ze als meisje van gedroomd had. Geen liedjes zingen in de stijl van Joan Baez, maar mensen muzikaal vermaken als ze uit gingen of op vakantie.
DeYoung: “She lamented about the ‘sugar-coated’ image that Apple had bestowed upon her, and about the things she was expected to do as an ‘all-around entertainer’.
Worst of all were the summer seasons. ‘A summer season’, Hopkin explains, ‘is a three-month gig at a summer resort, like a beach resort. In this country, we’ve got Blackpool and Margate, all over Britain wherever the beaches are. Sometimes it takes place on the pier, or in the local theatres. You perform six to eight times a week for three months. And unless you like that sort of thing, it’s pretty horrendous. You end up singing the most dreadful material’”.
Paul McCartney en Mary Hopkin werkten na verloop niet meer samen. Mickey Most werd haar nieuwe producer.
Eurovisie-songfestival in 1970
Evenals Sandie Shaw in 1967 werd Mary Hopkin (drie jaar later) gevraagd om Engeland te vertegenwoordigen op het Eurovisie-songfestival. Helemaal van harte ging het niet, kon men in 1995 althans lezen.
“The low point, for Hopkin, came with her representation of Great Britain in the 1970 Eurovision Song Contest. For this show of shows, she was given the insufferably bland ‘Knock Knock Who’s There’ to sing. She said such things did great damage to her confidence, but she was young and naïve at the time and trusted the advice of her manager.
‘Knock Knock Who’s There’ was the second of three Hopkin singles produced by Mickie Most, who was brought in after McCartney drifted off”.
Dana met Mary Hopkin in Amsterdam
In 1970 won de Ierse zangeres Dana vanuit het RAI Congrescentrum in Amsterdam het Eurovisie-songfestival. Mary Hopkin eindigde als tweede, vóór de Spanjaard Julio Iglesias, de Duitse zangeres Katje Ebstein, de Hearts of Soul uit Harderwijk en de Amsterdammer Leon Kleerekoper die als David Alexander Winter voor Luxemburg uitkwam.
Haar single ‘Knock, knock, who’s there’ bereikte opnieuw een hoge positie in de Britse (en Nederlandse) hitlijsten.
Hobby Horse een hit in Nederland
Een jaar later trouwde Mary met haar nieuwe producer Tony Visconti, die tevens de Iveys bij Apple geproduceerd had. Mary werd moeder en studio-zangeres. Haar stem is onder meer te horen bij Thin Lizzy, Sparks en David Bowie (‘Sound and Vision’).
Haar laatste Apple-single was ‘Let my name be sorrow’, die slechts één week in de hitlijsten genoteerd stond en niet hoger kwam dan een 46ste plaats in juli 1971. Daarna was het in Engeland afgelopen voor de jonge sensatie uit 1968.
Maar, zoals eerder aangegeven, in Nederland pakte het anders uit. Met ‘Summertime Summertime’ maakten Mary Hopkin en Tony Visconti onder de naam Hobby Horse in 1972 bij ons een grote hit. Wegens gebrek aan verkopen elders bleef het jammer genoeg bij die ene single.
Aan nieuwe jonge idolen, aan veelbelovende nieuwe zangeresjes, is echter nooit gebrek. De plaats van Mary Hopkin werd meteen door andere acts ingenomen.
Harry Knipschild
13 december 2017
Clips
Literatuur
Advertenties Apple Records, New Musical Express, 31 augustus en 7 september 1968
Derek Johnson, ‘Beatles still streets ahead and Apple label gets under way’, NME, 31 augustus 1968
‘New Beatle image and the Eve-Apple battle’, NME, 31 augustus 1968
‘Mary has slight edge over Sandie’s ‘Days’’, NME, 7 september 1968
Alan Smith, ‘Mary Hopkin wins ‘Days’ race’, NME, 7 september 1968
Alan Smith, ‘Happy Mary Hopkin’, NME, 14 september 1968
‘Mary set to topple her Beatle bosses’, 14 september 1968
‘Mary charity shock’, NME, 5 oktober 1968
Alan Smith, ‘Mary Hopkin frankly says she has no manager, and never has had’, NME, 12 oktober 1968
Alan Smith, ‘My daughter Mary – by her father’, NME, 19 oktober 1968
June Harris, ‘Mary arrives late for welcome party’, NME, 2 november 1968
‘Mary: 3 million up’, NME, 9 november 1968
‘‘Days’ sparks interest in material of writer Raskin’, Billboard, 9 november 1968
‘Tail Pieces’, NME, najaar 1968
Bill DeYoung, ‘Mary Hopkin: ‘She’s A Joan Baez Type, But We’ll Soon Alter That’’. Goldmine, 14 april 1995
- Raadplegingen: 14125